16 augustus 2007
Ver weg en spoedig overal zetten de golven hagelwitte kraagjes op tegen het dreigende donker van alweer een schip met zure appelen. De wind ritselt door het gras, of is het de regen? Er valt niet tegen het weer te timen en omkleden in de regen heeft iets indroevigs.
Van onderuit in het water zie je een plonzend druppeltapijt dat wappert met de golven. Als de zon tussen door even schijnt verdubbelt het zicht.
Vorig jaar was Dusty voornamelijk in een inham waarheen slechts doorgewinterde aficionado muren, schrikdraad, stieren en afgronden trotseeren. De oude wijsheid, doe geen moeite, Dusty zoekt jou op, geldt nu ook in het groot. Ze is alweer weken te vinden in de baai van White Strand, een kilometer of 3 ten westen van Milltown-Malbay.
De locatie op zich is op diverse manieren onaantrekkelijk. Er huist een bijna stad van stacaravans, blokkendozen die pijnlijk contrasteren met de woeste schoonheid der omringende natuur. De strandbodem wordt langzaam dieper met tot 150 meter zand, dat bij de geringste beroering van de golven het zicht verziekt. En er zijn voortdurend mensen in en op het water. Door veel te duiken en snel te zwemmen kan ik haar aandacht goeddeels van de surfboarders en de kanoërs afhouden, maar tegen zeil- en motorboten ben ik geen partij.
Ik heb al veel over Dusty’s gedrag geschreven. Toch verbaast ze me elke keer weer, zoals met haar roofdier gedrag. Ze zwemt van me weg en cirkelt vervolgens net buiten mijn zicht in een soms net nog vage schaduw om me heen. Ik heb sterk de indruk dat ze de grens van mijn zicht bevroedt, want bij slecht zicht blijft ze dichterbij. Ze benadert me veelal van achteren, maar veel geslepener dan vroeger. Ik duik vaak naar het kelpwier en houdt me daar, om langer onder te kunnen blijven met één hand aan vast, min of meer zittend. Om uit mijn gezichtsveld te blijven gaat ze vertikaal, meest met haar snuit naar beneden, achter me hangen. Ze speelt haar eigen spelletjes, waarbij ze me tracht te slim af te zijn.
Dat doet ze ook als we op elkander afzwemmen. Iedereen kent de situatie dat iemand op je afloopt en je allebei naar de zelfde kant uit blijft wijken. Dusty houdt haar afslag tot het allerlaatste moment aan zichzelf.
Misschien was het de onvoorspelbaarheid van haar gedrag dat botste met de straffe sociale structuren van haar soortgenoten. Feit is dat Dusty deze zomer alweer vele vrienden heeft gemaakt, de weerzinwekkende waarschuwing op het prikbord ten spijt.
Jan Ploeg, weitje Fanore, 19 augustus 2007
print versie