Dolphin Address 32 2003
11 september 2003
Begin juli beschreef ik hoe Dusty me een grote zalm bracht. Op drie, helaas nogal beslagen, video's die ik hiervan maakte kun je zien hoe ze dat deed. Eerst staat ze verticaal ondersteboven in het kelpwier te 'wroeten' waarna ze vervolgens de met geluid verdoofde zalm met de snuit keer op keer tot bijna in de camera leidt.
Een ruime maand later zag ik hoe ze een zeer forse zeebaars naar binnen werkte.
Sinds een week of twee zie ik steeds vaker het volgende patroon: ze zwemt naar een groot stuk rots dat een meter of 4 onder water ligt. Ze gaat naar de rand, zwaait haar staart omhoog en roeit er langzaam met de borstvinnen bij langs. Ondertussen stoot ze hoge, snelle ratels uit. Eenmaal zag ik een grote zeebaars maken dat ie in een spleet verdween. Helaas heeft ze al die keren niets gevangen, tenminste, niet dat ik zag.
Ik kan me vergissen, maar ik kreeg de indruk dat ze een vis voor mij probeerde te vangen. Ze doet dit namelijk behoorlijk demonstratief. Vooral ter hoogte van de 'apenrots' (the 'second cove') en het laatste stukje vóór de 'Bridie beach'.
Ik zou het graag van dichtbij willen filmen, maar zou wel met de vis verlegen zijn. Die zou ik misschien in een rotsvijvertje vol achtergebleven vloedwater kunnen onderbrengen en later weer vrijlaten. Zo kan ik ook het verdoving effect waarnemen.
Zou Dusty het merken? Ze zal niet iedere vis persoonlijk kennen, maar misschien wel herkennen aan verwondingen of andere afwijkingen. Ik wil er niet op los fantaseren, maar ik onderschat haar expertise allerminst. Voorlopig houd ik het maar op het spreekwoord dat er 'meer vissen in de zee zijn.'
Bij natuurvolkeren functioneert reciprociteit als een systeem van herverdeling van goederen en status en daardoor als overlevingsmechanisme voor de gehele stam. Dit in tegenstelling tot het accumulatieve systeem in de 'beschaafde wereld'.
Wat is Dusty’s motief voor het delen van haar jacht opbrengst? Speel ik, onwetend, een rol in het opsporen doordat het aanstaande slachtoffer míj niet meent te hoeven duchten? Haar superioriteit in het water hoeft ze niet te bewijzen. Is het een handreiking aan mij als walbewoner of als gezant daarvan? Een vriendschapsbetuiging? Een inwijdingsritueel? Misschien graaf ik te diep. De zalm heb ik destijds meerdere malen afgewezen. Ze had beledigd kunnen zijn op symbolisch niveau.
Misschien wilde ze me gewoon te eten geven, zoals een moeder een paplepel kan voeren. Of wilde ze waardering voor haar moeite. Het zal nog wel heel wat vissenlevens kosten om daar achter te komen.
Jan Ploeg, Bridie’s terrace, 11 september 2003
print versie