Dolphin Address 31 2003
10 september 2003
Heeft een dolfijn een bek of een mond, een kop of een hoofd? Het zit 'm meer in je eigen hoofd. Als je dichterbij Dusty komt neemt de angst af en de warmte toe. Ze heeft nu eenmaal vier rijen dolkscherpe tanden nodig om vis te vangen en naar binnen te werken.
Als ze zou willen scheurt ze het vlees van je botten of slaat ze je dood met één klap van haar staart. Zelfs in knie diep water. Maar net zoals een politie agent je niet zomaar zal doodschieten, zal Dusty haar lichaam niet tegen je keren.
Als je een weg vaker aflegt wordt ze korter. Details maken de intervallen kleiner. Aanvankelijke leegte maakt plaats voor vertrouwdheid. Hoe meer je van iets weet, des te dichterbij komt het.
Dusty is zoveel verfijnder. Haar tanden staan in rijen, maar zodanig dat ze 'tussenbijten'. Dat is niet alleen handiger om vis vast te houden. Ze ontvangt haar uitgezonden sonar met haar kaken. Met haar tanden kan ze het geluid 'uitkammen' en 'zeven' ter verfijning van de informatie.
Maar dolfijnen scheppen er ook een sociaal protocol mee jegens mensen. Dat is een heel ander verhaal. In de trainersruimte van het Dolfinarium openden ze hun kaken in een uitnodiging mijn hand op hun tong te leggen. Als ik hun vertrouw kunnen zij mij vertrouwen.
Mensen doen dit onderling door elkaar de rechterhand te geven, zodat ze elkaar niet kunnen aanvallen.
Mensen hebben nog een tweede verdedigings linie: hun 'veiligheidsgordel'. Wij zorgen ervoor niet te dicht bij de ander te komen. Dit verschilt per breedtegraad. Noren zijn een stuk afstandelijker dan Italianen. Als twee van beiden in gesprek gaan ontstaat vaak een merkwaardige dans: de een wil verder weg, de andere dichterbij.
Dusty doet daar niet aan mee. Ik streel haar glimlach als ze de punt van haar onderkaak tegen mijn wang legt. Ik voel een zacht zoemen. Ik weet niet wat ze zeggen wil, maar het voelt heel dichtbij.
Jan Ploeg, straatterras Galway, 10 september 2003
print versie