Dolphin Address 17
26 juli 2002
Ze was maar een kwartier te laat, de journaliste waarmee ik had afgesproken om met Dusty te gaan zwemmen en dat op vijf uur rijden vanaf Dublin. Ze had ook al artikelen over Fungi en Doni geschreven, dus ik mocht verwachten dat ze wel beslagen het zilte nat in zou gaan. Ze had een vrij nieuwe wetsuit, met korte pijpen, maar ze had geen duikbril en ook geen snorkel. Gelukkig had ik reserve, want zonder zie je namelijk niks en dat is natuurlijk wel belangrijk, om niet te zeggen oerstom om niet mee te nemen.
Al spoedig pasten en maten we door de langs-tussen door paadjes en wondervormde brokken kalksteen op de Burrenhelling naar Pollenewatch, omgeurd door de verfijnde parfumen van duizend kleine bloemetjes. De oceaan had zich keurig aan mijn getijdentafel gehouden, want het water was laag en dus gemakkelijk bereikbaar via het strandje. Er waren al drie mensen in het water met Dusty aan het spelen, dus hoefde ik niet vervelend met stenen tegen elkander te slaan of haar te gaan 'halen' uit de tweede bocht, zoals vorige week tot twee keer toe.
In tegenstelling tot sommige mensen die op haar 'jagen' of zelfs proberen bovenop haar te springen, voel ik me het lekkerst als ze uit zichzelf naar me toekomt. Ik weet wel zeker dat ze er net zo over denkt, want de laatste tijd komt ze steeds naar mij, zo lang ik in het water lig, of het nou met over zonder vin&vleu is. En dat voelt heel erg goed. Mijn ego is al wel bevredigd, het is meer een zalig gevoel van harmonie, met de dolfijn, maar ook met mijn eigen wezen. Vooral mijn waarneming vouwt zich immer verder uit.
Vroeger zag ik enkel een dolfijn naderen, maar nu zie ik de uitdrukking in haar ogen veranderen, het sturen van de borstvinnen, de ligging op haar lengte-as. Gelukkig kon Lynne, de journaliste, goed zwemmen en Dusty peilde haar direkt uit. We gingen al gauw naar wat dieper water, want daar kan Dusty beter manoeuvreren en daar is het water ook helderder. Daar begonnen we een ballet voor één dolfijn, een dolfanaat, een zucht lucht, het Oog van Ierland en een paar honderd golven. Ik denk dat ze de 'loop de loop' toch maar heeft laten varen vanwege het risico op mijn hoofd te landen. Nu ging ze meer zijdelings achterover en omhoog. Ik moet dan mijn vleugel zijdelings sturen, maar dat gaat prima. Ze kijkt heel precies naar hoe ik dat doe, alsof ze mijn omgang met water bestudeert zoals ik dat bij haar doe.
Terwijl Dusty en ik de ongelofelijke lichtheid van het bestaan vierden, hing Lynne min of meer boven ons en keek toe. Soms hou ik mij adem zo lang in dat ik het een beetje vergeet. Tussen de sierlijke wendingen, de verborgen verrassingen en de uitnodigingen naar de diepte door komt ze naar de oppervlakte om te worden geliefkoosd. Mijn dochter is paardengek, dus ik zeg het maar zoals het is. Vroeger streelde ik Dusty stevig, om zeker te maken dat ze het zou voelen. Maar je streelt een grotere vrouw toch ook niet harder dan een tengerder? Het is meer de manier waarop je streelt, met kleine, snelle kriebeltjes of met repeterende rondjes, of zo. Niet de druk per vierkante centimeter. Dusty voelt de zachtste aanraking en geniet van de intieme tederheid om in liefde als vrouw te worden gekoesterd. En dat kickt terug!
Sinds het commentaar op 'irishdolphins', dat het openen van haar kaken een poging tot 'uitspreken' zou kunnen zijn heb ik mijn laatste restje voorzichtigheid overboord gezet. Ze kwam naar me toe, terwijl ze drie keer haar kaken dicht klapte, maar ik streelde toch met liefde haar snuit. Ik denk dat als ik mijn hand tussen haar tanden houd, ze dit eerder als een gebaar van vertrouwen zal waarderen dan dat ze er in zal bijten.
Lynne leek nogal betoverd door haar dolfijn ervaring en ze kreeg nog een dubbelbelichting toen ik opnieuw het water inging met James, de fotograaf. Door een stuntelige ierganisatie was hij niet gelijk mee gegaan. Ook hij had snorkel noch duikbril meegebracht. Inmiddels heb ik per e-mail van Lynne vernomen dat de foto's uitstekend gelukt zijn en dat haar artikel in twee, mogelijk drie zondagskranten zal worden geplaatst. Nu maar hopen dat de duikbril niet gelekt heeft.
Dolphin Address 17, Jan Ploeg, 26 juli 2002
print versie